Wat heeft het gekost?

Overzicht exploitatie

Exploitatie (bedragen * € 1.000)

Begroting 2019

Begroting 2019 na 2e wijziging

Rekening 2019

Verschil rekening t.o.v. begroting na wijziging

Lasten

18.451

19.890

19.119

771

Baten

-6.847

-7.420

-8.477

1.057

Saldo van baten en lasten

11.604

12.470

10.642

1.828

Toevoegingen aan reserves (lasten)

0

0

0

0

Onttrekkingen aan reserves (baten)

-29

-79

-79

0

Gerealiseerd resultaat

11.575

12.391

10.563

1.828

Taakvelden

De volgende taakvelden maken deel uit van dit programma. Per taakveld zijn de lasten, de baten en het saldo van lasten en baten weergegeven.

Taakvelden (bedragen * € 1.000)

Begroting 2019

Begroting 2019 na 2e wijziging

Rekening 2019

Verschil rekening t.o.v. begroting na wijziging

2.4 Economische havens en waterwegen - lasten

767

674

749

-75

2.4 Economische havens en waterwegen - baten

-1

-1

0

-1

Saldo

766

673

749

-76

3.2 Fysieke bedrijfsinfrastructuur - lasten

715

784

239

545

3.2 Fysieke bedrijfsinfrastructuur - baten

-667

-734

-1.071

337

Saldo

48

50

-832

882

3.3 Bedrijvenloket en bedrijfsregelingen - lasten

124

172

189

-18

3.3 Bedrijvenloket en bedrijfsregelingen - baten

-152

-152

-138

-14

Saldo

-28

19

51

-32

3.4 Economische promotie - lasten

2.369

2.309

2.304

5

3.4 Economische promotie - baten

-487

-402

-637

236

Saldo

1.882

1.907

1.667

241

4.2 Onderwijshuisvesting - lasten

7.055

8.060

8.084

-24

4.2 Onderwijshuisvesting - baten

-200

-332

-880

549

Saldo

6.855

7.729

7.204

525

4.3 Onderwijsbeleid en leerlingzaken - lasten

7.419

7.891

7.554

337

4.3 Onderwijsbeleid en leerlingzaken - baten

-5.342

-5.799

-5.751

-48

Saldo

2.077

2.092

1.803

288

Totaal saldo taakvelden

11.599

12.470

10.642

1.828

Verschillenverklaring exploitatie

Omschrijving (bedragen * € 1)

Lasten

V/N

I/S

Baten

V/N

I/S

2.4 Economische havens en waterwegen

75.000

N

1.000

N

Groot onderhoud waterkeringen en afwatering: Op basis van de meest recente beheerplannen is een aanvullende dotatie van € 73.000 noodzakelijk gebleken.

73.000

N

I

Overig

2.000

N

I

1.000

N

I

3.2 Fysieke bedrijfsinfrastructuur

545.000

V

337.000

V

Voor de grondexploitatie Spoorzone is in het verleden een verliesvoorziening gevormd. Hiervan is in 2019 € 882.000 vrijgevallen. Aan de raad wordt voorgesteld dit voordeel toe te voegen aan de reserve Versnellen woningbouw en (gebieds)transformatie en aan de reserve Zuidelijk Stationsgebied.

545.000

V

I

337.000

V

I

3.4 Economische promotie

5.000

V

236.000

V

Kenniscentrum Bodemdaling: Door vertraging in de uitvoering kon het beschikbaar gestelde budget niet ingezet worden. Voorgesteld wordt om dit bedrag opnieuw beschikbaar te stellen.

50.000

V

I

Promotie toerisme: Het voordeel op de baten wordt met name veroorzaakt door de verkoop van (VVV-)cadeaukaarten. Daar staan ook kosten tegenover. Deze posten waren niet begroot.

92.000

N

I

114.000

V

I

Reclame openbare ruimte: Op basis van de prognose reclame-inkomsten is bij de bij de viermaandsrapportage een budgetaanpassing doorgevoerd. Deze aanpassing bleek ultimo 2019 te negatief geweest te zijn. Inkomsten driehoeksborden zorgden voor het positieve resultaat. Het nadeel bij de baten wordt veroorzaakt door extra personele inzet bij de voorbereiding en begeleiding van de aanbesteding.

44.000

N

I

24.000

V

I

Stadsmarketing: Het voordeel bij de baten wordt veroorzaakt door ontvangen bijdragen in verband met het project Cheese Valley. Daar staan ook kosten tegenover (€ 101.000). Deze waren niet separaat begroot maar vormden een onderdeel van de begroting Stadsmarketing - Gouda 750.

29.000

N

I

86.000

V

I

Stadsmarketing Gouda750: Op basis van de geactualiseerde planning vallen uitgaven die voorzien waren in 2019 in een latere fase. Aan de raad zal worden voorgesteld om dit voordeel in 2020 opnieuw beschikbaar te stellen.

87.000

V

I

Toeristenbelasting: De opbrengst toeristenbelasting is € 22.000 hoger dan de raming. De hogere opbrengst heeft betrekking op het belastingjaar 2018 en wordt onder andere veroorzaakt door een hoger aantal overnachtingen ten opzichte van 2017 (van 83.000 naar 86.000). In 2020 wijzigt de wijze van aanslagoplegging. De aanslagen 2020 worden via voorlopige aanslagen aan het begin van het belastingjaar opgelegd. Dit geldt nog niet voor de aanslagen toeristenbelasting 2019; die worden begin 2020 (achteraf) opgelegd.

22.000

V

I

Overig

33.000

V

I

10.000

N

I

4.2 Onderwijshuisvesting

24.000

N

549.000

V

Voor het opstellen van de raadsvoorstellen met betrekking tot het IHP en de Goudse Waarden zijn extra onderzoeken uitgevoerd.

30.000

N

I

De voorziening planmatig onderhoud gemeentelijke onderwijsgebouwen voldoet niet meer aan de richtlijnen van het BBV en is in 2019 vrijgevallen.

557.000

V

I

Overig

6.000

V

I

8.000

N

I

4.3 Onderwijsbeleid en leerlingzaken

337.000

V

48.000

N

Kindgebonden financiering peuteropvang en VVE: De subsidieregeling kindgebonden financiering peuteropvang en VVE staat in de kinderschoenen en het gebruik daarvan komt minder snel op gang dan verwacht. Daardoor is er een voordeel van € 260.000 ontstaan op het geraamde budget. Exacte raming van benodigde subsidiebedragen is lastig voor kinderopvangorganisaties en dit heeft over 2018 tot terugvordering van in totaal € 100.000 subsidie geleid. Organisaties hebben met deze kennis voor 2019 lagere bedragen aangevraagd dan was begroot.
In 2020 wordt er steeds meer gebruik gemaakt van deze subsidieregeling, door meer kinderopvangaanbieders.

260.000

V

I

Leerlingenvervoer: Het overschot is te verklaren door onderuitnutting van het vervoersbudget. Hierbij zijn de kosten onderhevig aan het fluctuerende aantal personen in het leerlingenvervoer.

30.000

V

I

Leerplicht: In 2019 is er geen beslag gelegd op de flexibele schil voor personeel; bij uitval is Gouda verplicht direct voor vervanging te zorgen van leerplichtambtenaren werkzaam voor Gouda, Krimpenerwaard en Waddinxveen.

57.000

V

I

10.000

V

I

Onderwijsachterstanden: Het verschil aan de lastenkant kan verklaard worden doordat van de reservering van € 300.000 voor VVE-uitbreiding per 2020, € 117.000 niet is uitgegeven; dit budget was bestemd voor kinderopvangorganisaties om zich voor te breiden op 16 uur VVE (extra personeel, scholing, pilots etc.). De aanvankelijke randvoorwaarden voor de uitbreidingspilot bleken vertragend te werken.
Daarnaast is de egalisatiereserve van plm. € 133.000 niet gebruikt. Er wordt een egalisatiereserve aangehouden om fluctuaties in de rijksuitkering op te kunnen opvangen en fluctuaties in de subsidieaanvragen voor VVE (kindgebonden financiering).
Voor de jaarlijkse vaste kosten is € 5.000 minder uitgegeven dan begroot. Dit fluctueert per jaar, er zit wat ruimte in de begroting, bv. voor overheadkosten e.d.
Het resterend budget zal worden overgeheveld naar 2020, waardoor het per saldo budgetneutraal is.

255.000

V

I

255.000

N

I

Onderwijsbeleid: € 12.000 van het verschil wordt verklaard doordat het opstellen van de innovatieagenda langer duurt dan verwacht in verband met zorgvuldige afstemming met regionale triple helix partners. De rest van het verschil is een voordeel op de overhead.

83.000

V

I

Specifieke uitkering Regionale meld- en coördinatiecentra voortijdig schoolverlaten (RMC): Bij deze regeling zijn de baten en lasten per saldo altijd neutraal omdat restanten beschikbaar moeten blijven voor volgende jaren.

38.000

V

I

38.000

N

I

Volwasseneneducatie: Het nadeel aan de lastenkant kan worden verklaard doordat er in 2019 stevig is ingezet op het vinden van deelnemers en het aanbieden van verschillende trajecten, wat resulteerde in 400 meer deelnemers dan in 2018. De Rijksbijdrage 2019 is volledig benut.
Het voordeel aan de batenkant kan voor € 158.000 worden verklaard door de meeneemregeling 2018. Daarnaast is er rekening gehouden met een terugbetaling over 2018 van plm. € 48.000, wat nog niet is geïnd.

369.000

N

I

206.000

V

I

Specifieke uitkering Vroegtijdig Schoolverlaters (VSV): Bij deze door MBO Rijnland uitgevoerde SiSa-regeling zijn de baten en lasten altijd neutraal omdat restanten beschikbaar moeten blijven voor volgende jaren.

23.000

N

I

23.000

V

I

Onderwijsbeleid en leerlingzaken overig: Dit betreft diverse kleine afwijkingen die niet verder worden toegelicht.

6.000

V

I

6.000

V

I

Investeringen

Investeringen op basis van jaar gereed (bedragen * € 1.000)

Gepland 2019

Werkelijk 2019

Verschil

Uitvoeringsmaatregelen Waterplan

109

94

15

TOTAAL

109

94

15

Toelichting op het investeringsoverzicht

Uitvoeringsmaatregelen Waterplan

Voorgesteld wordt om dit investeringsbudget in 2019 af te sluiten.